Alle babyboom infrastructuur Zuid-Holland gaat op de schop
“De reiziger wil geen last hebben van afstemmingsperikelen. Het boeit hem ook niet van wie de weg is waarover hij rijdt. Hij wil gewoon van A naar B en van huis naar de sportschool. Afstemmen is een klus voor wegbeheerders achter de schermen. En daarom is het goed dat er een samenwerkingsorganisatie als Zuid-Holland Bereikbaar is met een langdurig commitment van alle partners. Daar wordt in het hele land naar gekeken. We zijn een voorbeeld voor samenwerkingsverbanden in andere regio’s,” zegt Arjan Driesprong, Hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat West Nederland Zuid.
De komende jaren wordt de ‘babyboom infrastructuur’ helemaal vernieuwd of gerenoveerd. Dat wordt in Zuid-Holland een enorme klus. “Al mijn bruggen en tunnels gaan op de schop,” zegt Arjan Driesprong. “Veel van die infrastructuur is in de jaren ’50-‘70 aangelegd, vandaar die naam. Logisch dus dat het ook allemaal min of meer tegelijk aan vervanging of renovatie toe is. Daar komt bij dat de infrastructuur veel zwaarder wordt belast dan we ooit hebben berekend: er is veel meer verkeer bij gekomen en het vervoer wordt steeds zwaarder. Tel uit je winst! En het helpt natuurlijk ook niet dat we een paar jaar lang te weinig geld hadden voor onderhoudsprojecten. Alles bij elkaar gaan we de komende tien jaar volop aan de slag. Er zitten grote projecten bij, denk aan het deels afsluiten van de Van Brienenoordbrug gedurende de zomers van ‘26, ‘27 en ‘28, maar ook de renovaties van de Spijkenisserbrug in’ 24/’25 en de tunnel onder de Noord (na ’25). Dat zal allemaal veel impact hebben op reizigers.”
Drie niveaus in de samenwerking
“Het boeit de reiziger niet van wie de weg is waarover hij rijdt. Hij wil gewoon zo snel en veilig mogelijk op zijn bestemming aankomen. Dat wegbeheerders achter de schermen daarover veel moeten afstemmen is niet interessant. Daarom is het goed dat Zuid-Holland Bereikbaar er is waar we gezamenlijk programmeren en afstemmen. Om de boel bereikbaar te houden gaan we aan de slag op drie niveaus. Wat is er in de basis nodig? Het gaat in eerste instantie om het onderhouden van contacten met werkgevers en zorgen dat werkgevers die aan de slag willen met mobiliteitsmanagement worden ondersteund. Ten tweede is er een gebiedsaanpak, waarbij je niet alleen naar eventueel overlappende wegwerkzaamheden met wegbeheerders en werkzaamheden aan het spoor kijkt, maar ook naar sloopwerkzaamheden en woningbouw. Als derde is er een projectenaanpak waarbij je doelgericht die reizigers ondersteunt die de meeste hinder en overlast ondervinden. Afstemming binnen een gebied zal de komende jaren gezien de veelheid aan projecten heel vaak noodzakelijk zijn.”
Voorbeeldfunctie
“Het eerste jaar van Zuid-Holland Bereikbaar is er logischerwijs veel tijd besteed aan het opzetten van de organisatie, aan governance en aan de werkwijze. Zaken vanuit het niets opzetten met veel partners, dat kost tijd. Het feit dat we op bestuurlijk niveau gezamenlijk willen optrekken en een langdurige samenwerking van tien jaar met elkaar aangaan, wordt in het land als een mooi voorbeeld gezien. Men kijkt naar ons. Hoe wij dat doen. We hoeven dan ook niet te bescheiden te zijn: zet maar in de verkoop wat we nu al aan resultaten hebben bereikt. Zoveel spitsmijdingen, zoveel werkgevers bij een bijeenkomst, etc. Hoe concreter, hoe beter,” zegt Driesprong gedreven.
“De samenwerking tussen de partners is goed, maar het leveren van bemensing vraagt de nodige aandacht en gaat niet vanzelf. Daarbij moet er blijvend gewerkt worden aan de samenwerking, omdat er steeds wisselingen zijn: personele wisselingen én wisselingen in het beleid. Denk aan de verkiezingen. Al die veranderingen moeten iedere keer weer een plek krijgen.”
Aandachtspunten
“Het is nu vooral een samenwerking vanuit publieke partijen. De volgende stap is het betrekken van anderen, zoals werkgeversorganisaties, maar ik denk ook aan de veiligheidsregio’s en de vervoerders zoals NS, HTM en RET. We zouden ook hen nog beter kunnen laten aanhaken vanwege hun belang en expertise.”
Bereikbaar met uur extra reistijd
Het doel van Zuid-Holland Bereikbaar is het bereikbaar houden van de regio. Is dat haalbaar met alle werkzaamheden op de weg en het spoor? Driesprong: “Dat is afhankelijk van de definitie en ambitie. In een voorzichtige bui en bij hooggespannen verwachtingen zeg ik ‘Nee!’ Maar je kan ook zeggen: bereikbaarheid is dat je altijd op je bestemming komt, dat de hinder vooraf bekend was maar ook dat dat (in de spits) af en toe een reistijd van een extra uur kan betekenen. Als je bruggen en tunnels afsluit dan heb je dat extra uur zo te pakken. Daar moeten we rekening mee houden. Dat is voor veel mensen wennen.
Bij grote projecten willen we zo’n 30% van de reizigers uit de spits halen. Dat gaat niet vanzelf. Een mobiliteitstransitie kan dan zaken versterken. Maar corona heeft ons inmiddels geleerd dat die gedragsverandering niet blijvend is. Helaas zitten we nu alweer op hetzelfde fileniveau als voorheen. Wat we weten is dat mensen graag veel keuzes aangeboden krijgen. En gelukkig is er voor veel weggebruikers een aanbod aan alternatieven voor de auto in de spits. Denk maar aan fietsplannen en de inzet van deelvervoer bij werkgevers. Maar wil je een beweging op gang krijgen dan heb je ook nationale maatregelen nodig zoals een fiscaal gunstig fiets- of OV-beleid.”
“In de Europese Mobiliteitsweek hebben grote Haagse werkgevers met Zuid-Holland Bereikbaar op de A4 een mooi project gedraaid. Daar is het gelukt om mensen blijvend uit de auto te krijgen. Een extra reden om met creatieve ideeën te komen naast systeemoptimalisaties. Wellicht dat de energietransitie en de duurzaamheidstransitie ons gaat helpen in de mindshift, zodat mensen bewust kiezen voor ander vervoer. Als we dat voor elkaar krijgen en over negen jaar kunnen zeggen dat de bereikbaarheid ook tijdens de uitvoering van grote projecten op orde is gebleven, ben ik een tevreden persoon.”
Fotobijschrift: Arjan Driesprong